We bevinden ons in de Canadese provincie Yukon en schrijven het jaar 1898. De goudkoorts is in volle gang en steeds meer avonturiers trekken naar de oevers van de rivier de Klondike om zoveel mogelijk goudklompjes uit het riviergrind te wassen.
Maar niet alleen degene die laat zien dat hij/zij bij het goudwassen over een vaardige hand beschikt kan rijk worden. Ook wie slim op de buit van de andere goudwassers wedt of op de hulp van het kleine wasbeertje kan rekenen, kan een hoop goudklompjes verzamelen.
Een speelbeurt bestaat normaal gesproken uit vier stappen:
1. knikkers trekken
2. wedden (de andere spelers leggen omgekeerd een wedkaart neer)
3. wassen van de kiezels en het goud (alle kiezels moeten uit het bord geslingerd worden)
4. afrekenen (welke speler heeft het aantal goudklompjes dat op het bord is blijven liggen goed voorspeld)

Het wassen van de kiezels en het goud vereist een behoorlijke behendigheid, dus een beetje oefenen kan geen kwaad.

Inhoud:
1 bord om goud te wassen
1 begrenzingsring (voor het goudwasgebied)
1 wasbeer
4 bakjes (voor de buit)
4 wedbekers (voor de inzet)
12 wedkaarten (mer waarden 0, 1 en 2)
8 kleine kaarten (landrechtkaarten - deze worden gebruikt bij de moeilijke variant)
50 goudklompjes (gele knikkers)
20 kiezelstenen (13 zwarte en 7 grijze knikkers)
1 zakje

Het spel biedt ook een uitbreiding van het spel voor de doorgewinterde goudzoekers.